Honderd jaar geleden demonstreerden Russische vrouwen vanwege de slechte omstandigheden in hun land. De Eerste Wereldoorlog had het land de misère ingesleept. Aan alles was een gebrek en het aantal doden liep in de miljoenen. Het was genoeg, revolutie!
Het Schaakstukkenmuseum heeft meerdere schaakspellen uit Rusland waarbij het Babushka schaakspel al aan de orde is gekomen. De heer Glotzbach, die zijn verzameling schaakspellen heeft nagelaten aan het museum, had ook een Russisch spel in zijn bezit. De stukken zijn van hout en gekleurd in de samenstellingen rood/groen op geel en rood/geel op zwart. De kleurige pionnen dragen herkenbare Russische bontmutsen.
Hoewel er geen boer is terug te vinden in dit schaakspel, vormden zij wel het grootste deel van de Russische bevolking. Ze waren arm en tot 1861 zelfs voor het grotendeel nog horigen. Loyaliteit aan de door God ingestelde hiërarchie, met aan het hoofd de Tsaar gevolgd door de geestelijken en de adel, was groot. Russische intellectuelen die in contact waren gekomen met socialistische ideeën, vonden dat de Tsaar niet ver genoeg was gegaan met het afschaffen van het lijfeigenschap in 1861. Landbouwgrond zou moeten toebehoren aan diegenen die het bewerkten, en niet aan een of andere heer.
In 1873 trokken studenten richting het platteland om hun socialistische ideeën te verspreiden, maar de boeren moesten niets weten van die stadse fratsen. Ze verjaagden de socialisten of gaven hen aan bij de politie. De Tsaar stuurde hen vervolgens maar wat graag het land uit of naar een Siberisch strafkamp, met hun waanideeën.
Marx als voorbeeld
Met de komst van de industrialisatie in Rusland rond 1880 ontstond een nieuwe sociale klasse: die van de fabrieksarbeiders. Zij migreerden vanaf het platteland naar de stad om in fabrieken te werken. Maar zowel in de fabrieken als in de sloppenwijken waren de omstandigheden erbarmelijk.
Volgens het Communistisch Manifest, geschreven door de Duitse econoom en filosoof Karl Marx (1818-1883), was het onvermijdelijk dat de onderdrukte arbeidersklasse met geweld de macht zou grijpen. De Russische socialisten vonden hierin een verklaring voor de mislukte campagne onder de boeren. Hun land was toen nog niet rijp geweest voor een socialistische revolutie.
Maar twintig jaar later was er een stedelijk proletariaat ontstaan en dat veranderde de zaak. Deze fabrieksarbeiders, die werden uitgeknepen door steeds rijker wordende industriëlen, luisterden wel naar de socialistische belofte. En zij waren bereid om dit met geweld te bereiken. Bij rellen in 1895 werd de op dat moment 25-jarige Lenin opgepakt en vervolgens verbannen naar Siberië. Hier had hij alle tijd om zijn ideeën, over het toepassen van Marx’ communisme op Rusland, uit te denken.
Oorlog is druppel
Maar toch was het gros van de 130 miljoen Russen, uitgebuit of niet, trouw aan Tsaar Nicolaas II (1868-1918) op het moment dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Drie jaar later was dit beeld totaal gekanteld. De overwinning bleef uit, het dodental liep op en de Tsaar kreeg hiervan de schuld. Hij was aan het front, bij de troepen, en zijn vrouw Alexandra en de geestelijke Raspoetin namen de honneurs waar in bestuurscentrum Sint Petersburg. Ook dat ging verre van naar tevredenheid van het volk. Er was namelijk niet genoeg eten meer, de mensen leden honger. Dit had niet alleen met misoogsten te maken, maar ook met een logistiek probleem: er was gewoon te weinig materieel om zowel het leger als het volk van eten te voorzien. En de Tsarina deed weinig.
Toen de vrouwen van Rusland in maart 1917 de straat op gingen om betere werkomstandigheden en meer brood te eisen, braken overal stakingen uit. Zelfs de legerleiding en de tsaristische garde zegden het vertrouwen in Nicolaas op. Dit gaf de doorslag want zonder leger was de Tsaar nergens. Om zichzelf en zijn familie veilig te stellen, koos hij eieren voor zijn geld en tekende de troonsafstand.
De overgang was zonder veel bloedvergieten verlopen en een voorlopige regering nam de macht over. Zij beloofde echter aan haar geallieerde bondgenoten dat ze niet uit de oorlog zou stappen. Dit tot grote schrik voor de Russen, die juist in opstand waren gekomen tegen de oorlog. Protest hiertegen hielp niet en werd zelfs neergeslagen. Was alles dan voor niets geweest? De radicale Lenin en zijn aanhangers, de Bolsjewieken, zagen hun kans en stookten de mensen op.
In oktober dat jaar pleegden de Bolsjewieken een coup en een bloederige burgeroorlog volgde, waarbij de Tsarenfamilie op tragische wijze om het leven kwam. Lenin kreeg zijn zin en vestigde een dictatuur, geïnspireerd op Marx. Wat er vervolgens moest gebeuren om het communistische Utopia te bereiken, had Marx er alleen niet bij gezegd. Om aan de macht te blijven, trokken Lenin in zijn opvolgers de touwtjes strak aan. Een schrikbewind volgde dat duurde tot het einde van de Communistische Partij in 1991. Van de originele idealen was weinig over gebleven…
Wie wil meer weten over dit roerige Russische revolutiejaar: in de Hermitage Amsterdam is tot half september de tentoonstelling 1917, Romanovs & Revolutie te zien.
Door Marjolein Overmeer
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.